Wanneer we deze blokkering gaan oefenen doen we dit meestal allereerst vanuit de basis stand
Yoi-dachi.
Uitgaande dat we de eerste blokkering met de rechterarm gaan maken, brengen we de linkerhand dwars voorwaarts. Voor het gemak en een goed begrip geven hiermee het snijpunt de Seichusen aan.
Breng nu de rechtervuist vanuit de zijde schuin voorwaarts als of je een stoot naar boven gaat maken. De arm wordt zover naar links gebracht dat de ellenbogen elkaar kruisen, en pas dan ga je de vuist omhoog brengen waarna je als laatste de ellenboog om trekt.
Het is de bedoeling dat jouw arm geheel tot boven jouw hoofd doorgetrokken wordt.
Wanneer je deze blokkering vroegtijdig beëindigd, zal je onmiddellijk merken dat de aanvallen bijna automatisch op jouw arm gaat leunen en dat kan niet de bedoeling zijn. Wanneer dit laatste gebeurt breng je jezelf in een slecht positie ten opzichte van jouw tegenstander.
Door je arm zover boven je hoofd door te trekken, je trek je als het ware de aanvaller uit balans en dat is nou juist de bedoeling en feitelijk ben jij daardoor plotseling de aanvaller geworden, omdat iemand die uitbalans is zichzelf onmiddellijk zal proberen te corrigeren. Hij heeft enkele seconden nodig om dit te doen, en dat kan voor jou voldoende zijn om hem uit te schakelen.
Oefening 1:
Bij deze oefening ga je even ervaren hoe het niet moet, en wat je dan moet doen om deze techniek succesvol te maken.
Ga gewoon tegenover elkaar staan de verdediger buigt zijn arm horizontaal voor het lichaam.
Nu legt de aanvaller zijn hand op die gebogen arm, de verdediger probeert nu vanuit die positie om zijn arm naar boven te brengen om die Jodan-uke blok uit te voeren.
Je zal onmiddellijk ervaren dat het je niet gaat lukken om je arm omhoog te krijgen, je hebt daar eenvoudig genoeg niet de kracht voor.
Nu doe je hetzelfde maar op het moment dat de aanvaller druk zet breng jij je elleboog naar beneden, hierdoor kom je vuist omhoog en kun je bijna moeiteloos je arm omhoog brengen. (Maak een soort schep beweging).
Wat je nu precies doet is het intern bundelen van je krachten.
Doe deze oefening nog maar eens en je zult dan gaan begrijpen wat hier bedoeld wordt.
Oefening 2:
Deze is om de juiste timing te leren en tevens om zoals we zeggen de tegenstander te leren lezen.
Ook deze oefening doen we met een partner, die staat tegenover jou in Junzuki-dachi om voorwaarts te stappen met een hoge stoot. Jij staat gewoon weer in de uitgangshouding Yoi-dachi.
Het enige wat jij hoeft te doen is op zijn rechtervuist te letten.
Dus wanneer hij begint met voorwaarts te bewegen reageer jij daarop door ook je rechterarm voorwaarts te bewegen. Je zorgen er dan voor dat jouw arm onder zijn voorwaarts stotende arm komt. Nu kun je gemakkelijk deze aanval blokkeren waarbij het jou geen kracht kost, en de aanvaller snapt er niets meer van. Hij wordt zomaar uitbalans gebracht terwijl hij toch zo’n goede aanval heeft uitgevoerd.
Wanneer je het bovenstaande voldoende hebt geoefend en ook daadwerkelijk heb begrepen wat hier bedoeld wordt, is het aan jouw leraar om je nu weer een stap je verder te brengen in de ontwikkeling van jou karate omdat deze techniek nog lang niet klaar is.
De efficiëntie en doeltreffendheid kan nog veel beter worden wanneer je onder andere de volgende zaken ook gaat begrijpen.
Namelijk dat we binnen het Wado karate geen blokkeren kennen maar slechts aanvallen, wat we Sente noemen. Alle technieken dienen als een aanval te worden uitgevoerd.